maniërisme, 2004
………………….
Als we de eigenschappen van deze stijl door de grote renaissance kunstenaars ontwikkelt, serieus nemen dan toch met een vanzelfsprekendheid zoals een europeese zanger in zijn prille kindertijd de harmonie der quinten. Veel meer dan het belang van het kennen der regels is het ze weten te overstijgen. Het genie is vrij. Liquide solide gaat toch niet om een demonstratie van virtuositeit. Want liever nog zou ik me aan de jachtige vlammen van het materiaal warmen dan me moeten onderwerpen aan de levenloze kou van de regels.Michelangelo gaf zijn leerling Marco da Siena ooit het advies de figuur steeds piramidaal en slangvormig te maken en te vermenigvuldigen met een, twee, of drie. Wat schilders de Furia della figura noemen. De schilder moet deze piramidale vorm combineren met de serpentinata, als het kronkelen van een levende slang in beweging, wat ook de vorm van een flakkerende vlam is. De figuur moet eruit zien als de letter S. En dit geld niet allen voor de hele figuur, maar ook voor de delen. Zie Michelangelo’s Serpentinana in zijn beeld ‘de overwinning’. Denk aan de pose van de discuswerper. Of aan Giovanni Bologna, zijn Sabijnse maagdenroof. Deze stijl, het maniërisme, heeft zijn equivalenten in de muziek en literatuur……..
Om te doorzien dat overvloed en wereldse verfijning een werkelijke emotie en betekenis blokkeert is afstand gevraagd. Ruk af alle verbale weelde! Geef mij afstand !Het gaat mij hier toch niet om vermaak, de behoefte aan variatie om de verveling te doden, het decoratieve of de schok om te plezieren. Het gaat om een uitstel. Om een dynamiek van het steeds verder, om het spoor van de ander. Wel is er de aandacht voor het detail om iedere volgende inventie zichtbaar te maken. De nadruk op de delen die naar het andere verwijzen. Het andere is het vreemde. Het vreemde wekt bewondering, maar niet om te behagen.Als jij het niet ziet, wie dan wel? Geef mij een eik en inkt en ik teken U het Begin !Caravaggio, Titiaan breng mij een mond die zwijgt.
Hoe kan ik voorkomen dat alles op elkaar gaat lijken.Is er een lijk dat opstaat om mij alle classicistische versiering af te rukken, of anders wel met een El Greco hartstocht weet te voeden. Engel van Bernini!. Breng mij het geduld van Cezanne! Breng mij het worden van Beuys’ eerste aquarellen. Breng mij je schaal Henk om onder te schuilen.
Al het nieuwe, onbekende, het onverwachte, het bewonderenswaardige om de geest te scherpen mag haar nauwkeurigheid niet verliezen.
Hoe kan ik een op het onderwerp toegesneden gepastheid ontwikkelen? (Een decorum: de verhouding, overeenkomst of identiteit die er bestaat tussen stijl en onderwerp) Dat wat ik vieren wil, vanwege een inhoud die onzichtbaar is en metafysisch en in iedere ontmoeting aanwezig. Geen vraag naar zinnelijke vaardigheid of onverschillige esthetica maar een naderen drijft mij.
Breng mij de soberheid van een steen.
Wie interpreteert wat.